Etiket-etiquette

Tijdens mijn opleiding voor diëtist kregen we ergens in het eerste jaar college over etiketten lezen. De bijbehorende opdracht was het samenstellen van een productmap. In deze productmap moest je van verschillende soorten producten het etiket overtypen, zodat je inzicht kreeg in wat er in een product verwerkt zit. Omdat ik voorafgaand aan deze opleiding ook al 2 andere HBO opleidingen had afgerond, zag ik deze opdracht meer als opvulling van de uren. Ik heb er dan ook weinig aandacht aan besteed, in elk geval niet meer dan noodzakelijk.

Later kregen we college over de Teksten Warenwet. Hier werd mijn interesse in productkennis al wat groter. De Teksten Warenwet bevat de belangrijkste Nederlandse en Europese regels voor levensmiddelen. Ook over de voedingswaarde van een product zijn regels gemaakt. Zo mag jam pas jam heten, als het minimaal 60% suikers bevat.

Mijn echte interesse in etiketten kwam pas toen ik als diëtist voor mezelf ben begonnen. Je wilt geen onzin verkopen, dus moet je goed op de hoogte zijn van wat er in een product zit en of iemand dit dan wel of niet mag (hierbij bedoel ik bijvoorbeeld wanneer iemand allergisch voor een bepaald bestanddeel is, want gezonde mensen mogen van mij alles eten, zij het met mate en gezond verstand).

Nieuwe Europese etiketteringswet

Vanaf 13 december 2014 gaat de nieuwe Europese etiketteringswet in. Etiketten zullen vanaf dan duidelijker en uitgebreider worden. De belangrijkste veranderingen zet ik vast voor u op een rijtje:

  • De volgorde van noteren is aangepast:  eiwitten zijn in de tabel naar onder verschoven. De volgorde wordt: energie, vet, verzadigd vet, koolhydraten, suikers, eiwitten en zout.
  • In het huidige warenwetbesluit wordt natrium vermeld, maar in de nieuwe Europese wet is gekozen voor zout omdat dat voor consumenten duidelijker is. Let wel op, want natrium kan ook van nature in producten voorkomen en een additief (E-nummer) kan ook natrium bevatten.
  • De letters worden groter. Wettelijk is vastgesteld dat de letterhoogte minimaal 1,2 mm moet zijn.
  • De 14 allergenen, die nu al wettelijk vermeld moeten worden in de ingrediëntendeclaratie, zoals glutenbevattende granen, eieren, noten, pinda’s, soja en melk, worden vanaf dan vetgedrukt op het etiket.
  • De regels voor plantaardige oliën en vetten zijn veranderd. Die mochten altijd als groepsnaam in de ingrediëntendeclaratie, maar in de nieuwe wet moet erbij staan of het geheel of gedeeltelijk gehard is en om welke soorten oliën en vetten het gaat, bijvoorbeeld zonnebloemolie, raapolie en palmolie. Voor inkopers is dit lastig, want die zijn gewend wekelijks de goedkoopste mixen in te kopen, waardoor de soorten oliën en vetten variëren.
  • Er komt een werkgroep, die uniforme portiegroottes gaat opstellen als bijlage bij de wet. Zo kan het niet meer gebeuren dat de ene fabrikant een glas chocolademelk van 100 ml hanteert, en de andere van 150 ml, bijvoorbeeld omdat er dan meer calcium per portie in zit.
  • Het woord ‘vegetarisch’ wordt verder uitgewerkt. Mag een kaas vegetarisch heten, wanneer er geen vegetarisch stremsel is gebruikt? Ook het gebruik van gelatine (gemaakt van botten) wordt besproken.